 |
| Foto: Silvie Mensink |
Silvie Mensink (1987) studeerde Internationale Betrekkingen in Groningen en International Trade and Investment Law in Amsterdam. Tussendoor liep zij stage bij het Nederlands Consulaat in Hong Kong. Ik interviewde Silvie over haar studietijd, en waar haar unieke cv haar uiteindelijk heeft gebracht.
Wat houdt de studie ‘Internationale Betrekkingen’ precies in?
“Het is een erg brede studie waar je veel algemene kennis opdoet over onder andere politiek, geschiedenis, beleid en bestuur, economie en rechten, allen op zowel nationaal als internationaal niveau. Niet voor niets worden studenten Internationale Betrekkingen ook wel generalisten genoemd.”
Waarom komt je interesse voor deze richting vandaan?
“Ik ben geboren in Rwanda. Mijn ouders deden daar destijds ontwikkelingswerk. Op mijn tweede zijn we terug gegaan naar Nederland, om vervolgens naar Oeganda te verhuizen toen ik elf was. Daar hebben we twee jaar gewoond en heb ik op een internationale school gezeten. Ik ben dus al vroeg in aanraking gekomen met verschillende nationaliteiten.”
Hoe kwam je op het idee om stage te lopen bij het Nederlands Consulaat in Hong Kong?“Ik had na mijn bachelor een half jaar ‘over’ en wilde graag iets nuttigs doen met die tijd. Omdat ik praktijkervaring wilde opdoen en er achter wilde komen of diplomatie iets voor mij was, leek een stage mij een goede optie. Azië had mijn interesse omdat ik op dat moment net een bachelorscriptie had geschreven over ASEAN (‘de EU van Zuidoost-Azië’). Ik heb toen open brieven gestuurd naar Nederlandse Ambassades en Consulaten in heel Zuidoost-Azië. Uiteindelijk werd het het Nederlands Consulaat in Hong Kong.”
Was het moeilijk om deze stage te krijgen? Hoe ging dat?
“Achteraf hoorde ik dat er altijd veel mensen zijn die een open brief sturen. Ik denk dat ze voor mij hebben gekozen omdat ik aantoonbare affiniteit heb met het buitenland en bijbehorende cultuurverschillen, een relevante bachelor had en altijd veel dingen naast mijn studie heb gedaan (commissies, etc.). Ook was mijn stage niet gebonden aan een studie(opdracht), waardoor ze mijn stage zelf konden invullen. Dit was voor hun wel fijn.”
Wat hield je stage precies in?
“Ik heb veel met social media moeten doen en heb de werknemers bij het consulaat trainingen gegeven hoe daar mee om te gaan. Verder ging ik veel mee naar meetings en heb geholpen met de organisatie van een tentoonstelling over Nederland (cultuur, zaken doen met, etc.). Ook heb ik studenten uit Hong Kong verteld over Nederland, omdat zij hier zouden gaan studeren.”
Hoe vond je woonruimte in Hong Kong?
“Helaas werd dat niet geregeld door het Consulaat. Wel hebben ze me tips gegeven. Via een organisatie kwam ik toen uiteindelijk aan een kamer in een studentencomplex op Hong Kong Island. Ik had hier zelfs een eigen badkamer. De gemeenschappelijke keuken heb ik nooit gebruikt. Eten op straat is in Hong Kong goedkoper én lekkerder.”
Wat deed je in je vrije tijd?
“Behalve als er ’s avonds events waren van het Consulaat, was ik netjes om zes uur klaar. Elke vrije avond heb ik eigenlijk doorgebracht in de stad met een groep Europese stagiaires, die zich al snel vormde. In de weekenden gingen we naar het strand of deden mee aan roeiwedstrijden met een Dragon Boat. Tijdens mijn half jaar in Hong Kong heb ik alles kunnen ontdekken.”
Wat was het leukste en het minst leuke van je stage bij het Consulaat in Hong Kong?
“Het leukste vond ik dat het mijn eerste ‘alleen-ervaring’ was, en dat die goed ging. Het is fijn om te beseffen dat je je kunt redden in een vreemde stad. Ook was het leuk om mijn eerste ‘echte’ werkervaring op te doen. Het enige negatieve dat ik kan bedenken is dat het altijd zo druk was in de stad. Maar gelukkig kon je die drukte af en toe even ontvluchten.”
Welke verschillen zie jij tussen Nederland en Hong Kong in de (zakelijke) cultuur?
“Nederlanders zijn – hoe cliché – heel direct. In Hong Kong betekent ‘ja’ niet altijd ‘ja’ en wordt het liefst zaken gedaan tijdens de maaltijd. Er heerst ook een sterke hiërarchie. Zo wordt het zelfs gewaardeerd als je ‘hogere’ mensen in een kamer met hun gezicht naar het raam laat zitten. Gezichtsverlies is not done en als iets met twee handen aan je gegeven wordt, dien je het met twee handen aan te pakken.”
Waarom heb je na je bachelor gekozen voor een juridische master?
“Na zo’n brede bachelor wilde ik mij graag meer specialiseren. Ik wilde niet per se jurist worden, maar in ieder geval geen generalist meer zijn. De combinatie van economie en rechten leek mij ideaal. Daarvoor heb ik – na een schakeljaar – voor de (Engelstalige) master International Trade and Investment Law gekozen.”
Wat wilde je worden na je studie?
“Dat wist ik niet precies. Op de juridische faculteit heeft men het vaak alleen maar over de advocatuur. Omdat ik dit met alleen de master überhaupt niet kon doen, was mij onduidelijk wat dan voor mij de opties waren. Met een paar studiegenoten ben ik toen gaan brainstormen en zijn we ondernemers gaan interviewen over hun baan. Zo kwam ik erachter wat er zoal mogelijk was en wat ik wilde: een adviserende functie bij een klein tot middelgroot, commercieel bedrijf.”
Is dat wat je nu doet?
“Ja! Ik ben januari dit jaar begonnen als consultant bij SUBtracers. SUBtracers is een subsidie adviesbureau, gespecialiseerd in het aanvragen van subsidies, kredieten, fiscale bijdragen of andere vormen van financiering voor (internationale) bedrijven en instellingen. Er werken veertien mensen, dus groot is het zeker niet. Wel is het een erg professionele organisatie waar ik veel mee krijg van wat er allemaal gebeurt. De korte lijnen vind ik fijn. Maar het belangrijkste vind ik misschien nog wel dat de sfeer goed is.”
Was het moeilijk om een baan te vinden?
“Ik ben vóór het schrijven van mijn scriptie (april/mei 2012) al begonnen met rondkijken. Het aantal brieven dat ik heb gestuurd weet ik niet meer precies, maar ik heb bij zo’n vijf bedrijven sollicitatiegesprekken gehad, waarvan drie bij SUBtracers. Half september hoorde ik dat ik per 1 januari 2013 bij SUBtracers kon beginnen. De tussentijd heb ik gebruikt om te reizen en nog even te ontspannen.”
Wat heb je verder naast je studie gedaan en hoe waren je cijfers?
“Naast mijn studie heb ik altijd dingen gedaan, zoals bijles geven, commissiewerk en bestuur. Dit begon zelfs al toen ik op mijn elfde in Oeganda woonde en meedeed aan de East African Modeling United Nations (het naspelen van de Verenigde Naties). Ik speelde China. Voor mijn master stond ik gemiddeld een 8,4. Het laatste jaar had ik echt een drive!”
Heb je nog tips voor studenten die willen komen waar jij bent gekomen?
“Doe veel dingen naast je studie. Niet per se voor cv-building, maar omdat je die dingen leuk vindt om te doen. Het maakt niet zo zeer uit wat je doet, zolang je ervan groeit als persoon. Ik zou iedereen aanraden om buitenlandervaring op te doen. Daar leer je zo veel van! Tot slot waren de interviews die ik heb gehad met ondernemers voor mij erg nuttig.”
Dit interview verscheen vandaag op Nobiles.nl
